Iets meer dan honderd mensen kwamen zondag 23 maart naar Sociëteit Minerva aan de Breestraat in Leiden. Daar werd de gratis reanimatiecursus Hart voor de Stad gegeven. De cursus werd georganiseerd door de Plaatselijke Kamer van Verenigingen (PKvV) in samenwerking met de zeven grootste Leidse studentenverenigingen.
Die zeven: Minerva, Augustinus, SSR, Catena, Quintus, Njord en Asopos de Vliet, vormen samen met de gemeente Leiden het Strategisch Partnerschap Student&Stad. Doel van de cursus was dan ook mede het samenbrengen van stadsbewoners en studenten om levens te leren redden.
Voordat de cursus van start ging, werden de deelnemers toegesproken door wethouder Wietske Veltman. Die vertelde dat er wekelijks in Nederland, buiten het ziekenhuis, 330 mensen worden gereanimeerd en dat dat er best veel zijn. Ze zei er te staan als wethouder voor gezondheid en voor studenten maar ook als iemand die dankbaar is dat er recent iemand in haar omgeving succesvol werd gereanimeerd.
Theorie en praktijk
Vervolgens kregen de cursisten met z’n allen tegelijk een stuk theorie, waarna het geleerde in kleinere groepen werd geoefend. En dat gebeurde zo een paar keer achter elkaar.
Docenten waren er van de Taskforce QRS Leiden en van het Rode Kruis. De eerstgenoemde organisatie heeft als doel om zoveel mogelijk middelbare scholieren te leren reanimeren. De lessen van Taskforce QRS worden gegeven door studenten geneeskunde.
Aantal deelnemers
Tussen de bedrijven door spraken we met Jet van der Slot van de Plaatselijke Kamer van Verenigingen. Er was zondag ruimte voor 200 cursisten. Dat aantal werd niet gehaald. Van der Slot: “Nee, we zaten niet helemaal vol maar dat hadden we eigenlijk ook niet verwacht. We wilden gewoon heel graag zorgen dat in ieder geval voor iedereen plek was en dat er genoeg instructeurs en poppen waren, dat er niet met teveel mensen gedeeld hoefde te worden.” Van der Slot vertelde ook dat de cursus meer dan één keer per jaar organiseren lastig is doordat het bestuur van de PKvV jaarlijks wisselt. Maar: “We merken wel dat er elk jaar meer animo is, dus dat is heel leuk om te zien.”
Hoe lukt het om de reanimatiecursus aan zoveel mensen gratis aan te bieden? Van der Slot: “We hebben een samenwerking met de gemeente, dat heet Strategisch Partnerschap. We krijgen van de gemeente geld om initiatieven te organiseren om student en stad dichter bij elkaar te brengen.”
Belang
We spraken ook met Jan Assink, voorzitter van de Leidse afdeling van Taskforce QRS. Gevraagd naar het belang van reanimeren vertelde hij: “Ik denk dat het heel belangrijk is dat zoveel mogelijk mensen in Nederland kunnen reanimeren. Zodat, als je iemand bewusteloos op straat ziet liggen of in een andere omgeving, dat je weet hoe je iemand moet benaderen, hoe je iemand zoveel mogelijk kan helpen, in zo’n situatie.
Als de cursus is gevolgd en je hebt een certificaat, hoe dan verder? Assink: “Je kan je dan inschrijven als burgerhulpverlener. Wel is het zo dat het goed is om je reanimatievaardigheden te blijven oefenen en bij te houden. En daarom geven we ook, als Taskforce QRS Leiden vaak herhalingscursussen die ze kunnen volgen om het certificaat en te verlengen en om hun reanimatievaardigheden te behouden slash te verbeteren.”
Wat zou Assink zeggen tegen mensen die nog twijfelen over deelname aan een reanimatiecursus? “Ik zou natuurlijk zeggen dat je het moet doen. Ik denk ook dat het goed is om te beseffen dat je er niet per se van uit moet gaan dat je meteen op straat iedereen volledig kan reanimeren en dat dat altijd succesvol is. Maar alles wat je doet om hulp te bieden beter is dan niks doen.”
Wethouder Wietske Veltman sprak niet alleen de cursisten toe maar deed zelf ook mee aan de cursus, slaagde en kreeg een certificaat. Zegt haar deelname iets over het belang dat ze aan de cursus hecht? “Zeker, ik denk dat het heel belangrijk is om, gewoon als je het ziet gebeuren, dat je dan ook wat kan doen. En dat was voor mij ook de reden om hier aan mee te doen.”
Over het gratis aanbieden van de cursus zei Veltman: “Nou, ik denk dat heel veel mensen niet vanzelf gaan reanimeren. We weten ook dat niet alleen oudere mensen maar juist ook jonge mensen er mee te maken kunnen hebben en dan hele goede overlevingskansen hebben. Om daar goed uit te komen met de reanimatie. En dat heb ik zelf in mijn omgeving ook meegemaakt, dat het er echt op aan kan komen.”
Paul Aalbers in gesprek met achtereenvolgens Jet van der Slot, Jan Assink en Wietske Veltman.
Telefoon Redactie
071 - 5425160
