Wat bezielt een schilder om geen kleurrijke boeketten te maken, maar juist verwelkte bloemen en stoepplantjes op groot doek vast te leggen? Het antwoord kregen bezoekers van de lezing Leidse Meesters: Floris Verster & Jan Wolkers, die op donderdag 19 juni 2025 werd gehouden in Clubhuis de Derde Helft van Hockeyclub Alecto in Leiderdorp.
De lezing werd gegeven door Renée Volkers, conservator moderne kunst van Museum De Lakenhal. In een boeiende presentatie nam zij het publiek mee in het leven en werk van de Leidse kunstenaar Floris Verster (1861–1927), die niet bang was om zijn eigen weg te volgen – ver weg van de klassieke schoonheidsidealen.
Verster werd geboren aan het Rapenburg in Leiden, in een kunstzinnig gezin. Zijn vader, een patriciër en gemeenteraadslid, was actief betrokken bij kunstenaarsvereniging Ars Aemula Naturae. Floris groeide op tussen de schilderijen en bezocht regelmatig musea met zijn vader. Hij bleek al jong talentvol – op zijn tiende kon hij goed tekenen – maar school was niets voor hem; hij maakte de HBS niet af.
In zijn jonge jaren deelde hij een atelier met zijn vriend Menso Kamerlingh Onnes. De twee stimuleerden elkaar in hun kunstzinnige ontwikkeling. Later trouwde Verster met Jenny, de zus van Onnes. Haar dagboek is nu een belangrijke bron voor wie meer over zijn leven wil weten. Waar veel kunstenaars zich lieten inspireren door de 17e-eeuwse traditie van bloemstillevens – kleurrijk, netjes gerangschikt en vooral mooi – koos Verster voor iets heel anders.
Hij schilderde verwelkte bloemen, onkruid, planten die je normaal op het trottoir negeert. En dat deed hij niet klein en ingetogen, zoals vrouwen in die tijd vaak deden, maar groot en groots. Zijn stijl was los, intuïtief en impressionistisch. Sommige bloemen waren nauwelijks nog te herkennen; ze waren eerder gevoelens op doek dan botanische studies. Toch gaf de titel van het werk vaak nog een hint.
In zijn werk zat een fascinatie voor het verval, voor het tijdelijke en het vergankelijke. Hij vond schoonheid in dat wat anderen als ‘vies’ of onbelangrijk beschouwden. Zelfs zijn woonplek – het huis Groenoord – had iets van teruggetrokkenheid, van afstand tot het rumoer van de kunstwereld.
Telefoon Redactie
071 - 5425160