De gemeenteraad is nog verdeeld over het nieuwe Grondstoffenbeleidsprogramma, waarin het college van burgemeester en wethouders inzet op minder restafval en meer hergebruik van grondstoffen. Het doel is om het huishoudelijk restafval te halveren: van 162 kilo per inwoner in 2024 naar 80 kilo in 2031. De maatregelen moeten binnen de afvalstoffenheffing worden uitgevoerd en kostenneutraal blijven.
Volgens wethouder Gebke van Gaal is het beleid een noodzakelijke stap om te voldoen aan de landelijke doelstellingen voor een circulaire economie. Omdat Leiderdorp veel hoogbouw kent en werkt met nascheiding in plaats van het zogeheten Diftar-systeem, kiest het college voor een ‘realistische en gefaseerde aanpak’.
Twijfel
Niet alle fracties konden zich vinden in die koers. Arie Janssen (ChristenUnie-SGP) vond dat het plan te weinig ambitie uitstraalt en financieel onvoldoende is onderbouwd. “Met dit beleid gaan we de landelijke doelen nooit halen,” stelde hij. Volgens hem doet het college te weinig om de oplopende afvalstoffenheffing te beperken. “De enige manier om die heffing beheersbaar te houden is betalen naar gebruik. Dat is het eerlijke verhaal.”
De fractie wees erop dat Leiderdorp al jaren tot de duurdere gemeenten behoort en dat inwoners financieel worden geraakt. Ook miste Janssen een duidelijke koppeling met de duurzaamheidsagenda van de gemeente, terwijl die volgens hem richting zou moeten geven aan het afvalbeleid.
Arie Janssen van de ChristenUnie-SGP over het grondstoffenbeleid.
Realisme
Omar Hyati (PvdA-GroenLinks) toonde zich juist positief over de voorgestelde koers. Hij noemde het goed dat er na tien jaar weer actueel beleid ligt en sprak waardering uit voor de ‘realistische aanpak’. Volgens Hyati is de landelijke doelstelling van 30 kilo restafval per inwoner op korte termijn niet haalbaar, maar biedt het streven naar 80 kilo wel perspectief. Tegelijkertijd wees hij op praktische verbeterpunten, zoals betere scheiding van luiers en GFT, waar nog winst valt te boeken.
Over invoering van Diftar toonde Hyati zich terughoudend. “De tevredenheid onder inwoners over de huidige inzameling is groot. Het is niet vanzelfsprekend om dat systeem te veranderen.”
Kostenbeheersing
Patrick Jongeleen (VVD) onderschreef het belang van het nieuwe beleid, maar drong aan op financiële duidelijkheid. Zijn fractie wil voorkomen dat de afvalstoffenheffing verder stijgt. D66’er Joffrey Delfgaauw wees op de rol van hoogbouw: “Bijna de helft van het restafval komt daar vandaan. Daar liggen kansen, bijvoorbeeld met extra voorzieningen en grondstoffencoaches.”
Uitvoerbaarheid
LPL-raadslid Jannik Daemen stelde vragen over de uitvoerbaarheid en de financiële doorrekening van het beleid. Hij wees erop dat inwoners nu al ruim vijfhonderd euro per huishouden betalen, en vroeg hoe de gemeente denkt alle inwoners te bereiken in de gedragsverandering die nodig is. Ook sprak hij zorgen uit over de inzet van camera’s met kenteken- of gezichtsherkenning bij afvalinzameling.
Gefaseerde aanpak
Wethouder Van Gaal benadrukte dat de voorgestelde doelstelling van 80 kilo per inwoner ambitieus is binnen de lokale omstandigheden. Ze wees op campagnes voor bewustwording en het verbeteren van de scheiding van GFT en textiel. De uitvoering wordt later uitgewerkt in een aparte uitvoeringsagenda, die jaarlijks wordt geëvalueerd. “We zetten hiermee de kaders om snel aan de slag te kunnen. Het is belangrijk dat we tempo maken,” aldus de wethouder.
Hoewel de raad het eens lijkt over de noodzaak van nieuw beleid, verschillen de fracties sterk in hun vertrouwen dat de voorgestelde aanpak voldoende is om de doelstellingen te halen.
Wethouder Gebke van Gaal over het grondstoffenbeleid.
Telefoon Redactie
071 - 5425160
