Waarom hebben de Olympische Spelen een haast magische bijklank in vergelijking met bijvoorbeeld de Europese kampioenschappen atletiek of de wereldkampioenschappen zeilen? Volgens viervoudig olympiër en Leidenaar Laurine van Riessen is daar niet een eenduidig antwoord op te geven.
“Elke Spelen waaraan ik meedeed, heeft een ander verhaal en heb ik anders beleefd. Mensen die niet meedoen, zien ook hoe speciaal het is”, begint ze haar uitleg. “De Spelen in Parijs zijn nog niet eens officieel begonnen en er is al zoveel aandacht met allerlei verschillende voorbeschouwingen.”
Grootste
Daarnaast is volgens de topsportster ook het unieke karakter van de Spelen een reden dat er de komende dagen vanuit de huiskamers massaal naar de prestaties van de atleten wordt gekeken. “Het is het grootste sportevenement ter wereld en maar één keer in de vier jaar. Op sportgebied is er daarnaast twee weken lang amper iets anders te zien dan de Spelen.”
Handboogschieten
De Spelen krijgen dus alle aandacht. En niet alleen de populaire sporten zoals tennis en voetbal worden bekeken. Om dat te illustreren, komt ze met een voorbeeld van de Olympische Spelen in Tokio drie jaar geleden. Handboogschieten stond toen als een van de eerste sporten geprogrammeerd en het Nederlandse duo dat bestond uit Steve Wijler en Gabriela Schloesser was op medaillekoers. “Iedereen was in één keer fan van de handboogschieters”, weet ze nog. “Wat normaal gesproken je sport ook is, tijdens de Spelen kijk je bijna alles.”
Voor de sporters zelf hebben de Olympische Spelen ook een bijzondere betekenis. Van Riessen deed als schaatsster twee keer mee aan de Winterspelen (2010 en 2014) en als baanwielrenster stond ze twee keer aan de start van de Zomerspelen (2016 en 2021).
“Het geldt niet voor iedereen in elke sport, maar bij mij zat in het achterhoofd altijd wel: daar moet het gebeuren. Het is één keer in de vier jaar en dan moet ik als sporter in topvorm zijn. Het is zo bijzonder als je op dat podium iets kan winnen.”
Moeder
Laurine van Riessen is in november moeder geworden en had daarvoor haar sportieve loopbaan op een lager pitje gezet. De 36-jarige baanwielrenster weet nog niet of ze terugkomt in het professionele circuit. “Ik train wel, maar ik weet nog niet of ik officieel mijn comeback ga maken”, zegt ze daarover.
Dat betekende voor Van Riessen ook dat ze haar leven erop instelde, al vindt ze de term opofferen te ver gaan. “Het is niet dat je vier jaar lang niks doet”, verklaart ze. “Je stelt elk jaar voor jezelf doelen en doet ieder jaar mee aan Europese- en wereldkampioenschappen. Daar wil je ook medailles halen. Alleen de Spelen zijn net een stapje hoger.”
Exclusiever
Doordat Van Riessen met zowel de Zomer- als Winterspelen meedeed, heeft ze vergelijkingsmateriaal. De Zomerspelen die ze meemaakte waren volgens haar imponerend, vooral vanwege het grote aantal sporters dat meedeed en de aandacht die eraan besteed werd.
Al hebben de Winterspelen ook indruk op haar gemaakt. “Dat voelde nog exclusiever”, verklaart de Leidse. “Er doen minder mensen mee en er zijn minder sporten waarin om medailles wordt gestreden. TeamNL was ook veel kleiner. Dat maakte het nog specialer.”
Medaille
Wat wellicht meespeelt, is dat de Leidse op het ijs haar enige olympische medaille haalde. “Dat is wel de mooiste olympische ervaring die ik heb meegemaakt. Dat merk ik nu nog steeds. Als ik ergens ben worden mijn prestaties vaak genoemd en dan komt die medaille van de Spelen vaak als eerste voorbij. Dat neem ik altijd mee.”
Telefoon Redactie
071 - 5425160